NL Diccionario de Neerlandés: openbreken
openbreken tiene 72 traducciones en 7 idiomas
Traducciones de openbreken
- romper (v) [intransitief, eieren, transitief, openen]
- partir (v) [eieren, intransitief, openen, transitief]
- reventar (v) [openen, transitief, intransitief, geneeskunde, eieren]
- estallar (v) [eieren, geneeskunde, intransitief, openen, transitief]
- abrirse violentamente (v) [transitief, openen, geneeskunde, eieren, intransitief]
- abrirse (v) [eieren, intransitief, openen, transitief]
- forzar (v) [eieren, intransitief, openen, transitief]
- abrir a la fuerza (v) [eieren, transitief, openen, intransitief]
- abrir por la fuerza (v) [eieren, intransitief, openen, transitief]
- quebrarse (v) [geneeskunde, intransitief]
- salida del cascarón (n) [ei] {f}
- burst open [intransitief]
- break open [intransitief, openen, transitief]
- split open [intransitief]
- crack open [intransitief]
- hatch [eieren]
- force [openen]
- pry [openen]
- pry open [openen]
- crack [transitief]
- burst [geneeskunde, transitief]
- rupture [geneeskunde]
- hatching [ei]
NL FR Francés 10 traducciones
- rompre [intransitief, eieren, transitief, openen]
- casser [eieren, intransitief, openen, transitief]
- se rompre [openen, transitief, intransitief, geneeskunde, eieren]
- se casser [eieren, geneeskunde, intransitief, openen, transitief]
- forcer [transitief, intransitief, eieren, openen]
- éclater [eieren, geneeskunde, intransitief, openen, transitief]
- se fendre [intransitief, transitief, openen, geneeskunde, eieren]
- éclore [eieren, intransitief, openen, transitief]
- se rouvrir [geneeskunde, intransitief]
- éclosion [ei] {f}
NL DE Alemán 8 traducciones
- aufbrechen (v) [eieren, intransitief, openen, transitief]
- aufschlagen (v) [transitief]
- aufbersten (v) [intransitief]
- aufplatzen (v) [geneeskunde, intransitief]
- aufspringen (v) [geneeskunde, intransitief]
- aufreißen (v) [geneeskunde]
- platzen (v) [geneeskunde]
- Ausschlüpfen (n) [ei] {n}
NL IT Italiano 10 traducciones
- rompere (v) [intransitief, openen, transitief, eieren]
- spaccare (v) [eieren, intransitief, openen, transitief]
- aprirsi (v) [intransitief, transitief, openen, geneeskunde, eieren]
- fendersi (v) [eieren, geneeskunde, intransitief, openen, transitief]
- spaccarsi (v) [geneeskunde, transitief, openen, eieren, intransitief]
- schiudersi (v) [eieren, intransitief, openen, transitief]
- forzare (v) [openen, transitief, intransitief, eieren]
- scassinare (v) [eieren, intransitief, openen, transitief]
- rompersi (v) [geneeskunde, intransitief]
- schiusa (n) [ei] {f}
NL PT Portugués 12 traducciones
- quebrar (v) [geneeskunde, intransitief, openen, transitief, eieren]
- romper (v) [eieren, geneeskunde, intransitief, openen, transitief]
- partir (v) [intransitief, transitief, openen, geneeskunde, eieren]
- romper-se (v) [geneeskunde, intransitief]
- nascer (v) [eieren, intransitief, openen, transitief]
- abrir (v) [geneeskunde, transitief, openen, eieren, intransitief]
- forçar (v) [eieren, intransitief, openen, transitief]
- arrombar (v) [eieren, intransitief, openen, transitief]
- espatifar (v) [eieren, transitief, openen, intransitief]
- abrir a força (v) [eieren, intransitief, openen, transitief]
- estourar (v) [geneeskunde, intransitief]
- eclosão (n) [ei] {f}
NL SV Sueco 9 traducciones
- brista (v) [geneeskunde, eieren, transitief, intransitief, openen]
- spricka (v) [eieren, geneeskunde, intransitief, openen, transitief]
- gå upp (v) [intransitief, transitief, openen, geneeskunde, eieren]
- kläckas (v) [eieren, intransitief, openen, transitief]
- tvinga (v) [transitief, intransitief, eieren, openen]
- bryta upp (v) [eieren, intransitief, openen, transitief]
- bända upp (v) [eieren, intransitief, openen, transitief]
- spräcka (v) [eieren, transitief, openen, intransitief, geneeskunde]
- spränga (v) [eieren, geneeskunde, intransitief, openen, transitief]